Roermond

Stichting Nationaal Heksenmonument bezorgd over vertekend beeld heksenvervolging

Rondleidingen in Roermond kunnen een vertekend beeld geven van de geschiedenis van de heksenvervolging in de stad. Volgens de stichting achter het Nationaal Heksenmonument, dat volgend jaar bij de Roermondse Rattentoren komt, is dat onder meer doordat er een wildgroei aan rondleidingen. De stichting gaat een handleiding maken om ‘historische feiten te bewaken’.

Dat betekent dat ook de inhoud van deze rondleidingen, die feitelijk niet altijd juist is, wordt gekoppeld aan de organisatie. Hoewel Stichting Nationaal Heksenmonument blij is met het enthousiasme rondom dit thema en de gids in de meeste gevallen goed geïnformeerd is, is dat te vaak ook niet het geval en worden er onwaarheden verkondigd.

Zo wordt er onder meer verteld dat de veroordeelden eerst op de brandstapel werden gezet, waarna hun lijken werden overgebracht naar de Kitskensberg, waar ze werden opgehangen. Vooralsnog lijkt de historische grondslag hiervoor te ontbreken. De landelijke stichting heeft het verhaal dan ook nog niet eerder gehoord. “Dit moeten we eerst factchecken”, zegt een woordvoerder.  

De stichting wil verder benadrukken dat er in het verleden geen heksen zijn verbrand, maar mensen. Deze mensen zijn slachtoffers van de heksenvervolgingen. Daarbij wordt het woord heks als framing gezien waardoor de slachtoffers op een bepaalde manier worden weggezet. 

Handleiding

Om misverstanden in de toekomst te voorkomen, maakt de stichting een handleiding voor aanbieders van rondleidingen over de lokale en nationale geschiedenis van de heksenvervolging. “Dit met de bedoeling om gidsen te helpen om uit te dragen waar het monument, dat volgend jaar geplaatst wordt, voor staat en de historische feiten te bewaken.”

Giel Polman, directeur van Limburg Marketing (voorheen VVV Midden-Limburg), laat weten: “Wij werken met vrijwillige stadsgidsen die zich zo goed mogelijk voorbereiden op hun rondleidingen. Zij raadplegen daarvoor diverse bronnen. Het kan zijn dat zij ander jargon gebruiken dan wetenschappers, maar je moet het aantrekkelijk maken voor een breed publiek. Wij staan ervoor open om met de stichting in gesprek te gaan om te kijken of wij onder meer hun bronnen kunnen gebruiken.”

Gerelateerde Artikelen