Roermond heeft duurzame ambities, maar die kosten veel tijd en veel geld

De gemeenteraad van Roermond is donderdagavond met de nodige vragen in ruime meerderheid akkoord gegaan met het programma Duurzaamheid 2025-2028. Opvallend was dat de gemeente zijn eigen voornemen om co2-neutraal te zijn in 2030 moet doorschuiven naar 2035. Verder werd duidelijk dat duurzaamheidscentrum De Groene Transformator voorlopig nog niet weet of het kan blijven bestaan.
Roermond heeft echt serieus het voornemen om duurzaam te worden. Maar dat is een hele operatie en kent beperkingen waar eigenlijk ons hele land mee heeft te maken. Het kost veel geld voor overheid en burgers, het stroomnet kan de gehoopte versnelling niet aan en de landelijke overheid moet ook meewerken. Dat laatste is te duiden met onder meer de sterk afnemende animo voor zonnepanelen door het afschaffen van de salderingsregeling.
Maar het gemeentebestuur blijft ambitieus. In 2050 moeten uiteindelijk alle gebouwen en huizen aardgasvrij zijn en is de hele stad afvalvrij omdat alles gerecycled wordt. Dichterbij is dat in 2030 al zestig procent van het huishoudelijk afval niet meer op de vuilnisbelt belandt. En zo zijn er honderden voornemens in aanloop naar 2050 en de tussenliggende tijd. De overheid moet het voorbeeld geven, vindt Roermond. Dan is het opvallend dat het voornemen om als gemeente in 2030 co2-neutraal te zijn, al 5 jaar wordt doorgeschoven. Maar wethouder Loganathan kon dat goed uitleggen. “Als ik alleen al naar het gemeentelijk vastgoed kijk. Het Cuypershuis, het stadhuis en zwembad de Roerdomp zijn samen al tachtig procent van het gebruik. Die wil je van het gas af. Maar dan loop je tegen overvolle stroomnet aan. Dus ik zeg het gewoon maar eerlijk: 2030 gaan we niet halen.”
Verder vonden veel raadsleden in het programma te weinig concrete doelen zitten. Loganathan: “Ik ben nu 4 maanden wethouder en ik ben geschrokken van het niveau van datagebruik. Dat staat hier in de kinderschoenen. Maar we gaan vanaf nu meten, zodat je veel concretere doelen kunt stellen.”
De Groene Transformator
En dan was daar nog De Groene Transformator, het duurzaamheidscentrum dat er nota bene op verzoek van raad is gekomen. Maar het gemeentebestuur wil de subsidie afbouwen en het centrum moet geldbronnen van buiten aan boren. Op de publieke tribune zat bestuurslid Regina Buijze van De Groene Transformator te hopen dat de raad een vuist zou maken. “We hebben gewoon dat geld nodig voor de continuïteit. Zonder dat kunnen we uiteindelijk de deuren sluiten. We genereren zelf inkomen, maar dat is niet voldoende.”
Hoewel raadsleden wilden dat er een oplossing moet komen voor De Groene Transformator, wilde wethouder Loganathan daar vooralsnog niet aan. “Het heeft mijn aandacht en ik kom echt met iets, maar nu nog niet. Ik kan nu wel toezeggen dat we tot het einde van dit programma tot 2028 geld toezeggen, maar wat schieten ze daarmee op? De raad en het college moeten eruit komen dat we veel langer zekerheid kunnen bieden.”
Broedende kip
Uiteindelijk schikte de gemeenteraad zich erin dat je ‘een broedende kip niet moet storen’. Verder kreeg de raad via moties en amendementen nog een aantal zaken toegevoegd. Zo wordt onderzocht of een duurzaamheidsnetwerk kan worden opgericht met allerlei experts en organisaties. Dat kan de gemeente dan gaan adviseren. Ook moeten zonnepanelen die de gemeente voor inwoners regelt goedkoper worden en moet worden bekeken of er niet veel meer gemeentelijk gesubsidieerd kan worden om mensen te stimuleren duurzaam te worden. Denk daarbij aan isolatie en warmtepompen.