Rechter fluit burgemeester Weert terug over sluiting drugspand
Het voornemen om een woning in Weert voor zes maanden te sluiten vanwege vermeende drugshandel is onterecht gebleken. In het pand woonde een vrouw met haar twee volwassen zonen. Bij een inval trof de politie 2102 gram hennep en 79 gram cocaïne aan. Toch vond de rechter sluiting een te zwaar middel.
De politie deed een inval in de woning nadat er signalen waren binnen gekomen dat er een ripdeal in het huis aanstaande zou zijn. Toen de drugs werden aangetroffen, besloot burgemeester Vlecken dat het pand dicht moest. Dat vocht de vrouw meteen aan en de sluiting van zes maanden werd verkort tot drie maanden. Maar ook dat gebeurde niet, in afwachting van een definitieve beslissing.
Uiteindelijk vindt de rechter de maatregel echt te zwaar. Een waarschuwing was voldoende geweest. De sluitingsmaatregel mag worden genomen als het woon- en leefklimaat van een wijk bedreigd wordt. Daarvan is volgens de rechter geen sprake. Er was geen overlast en daartegen is het sluitingsbeleid wel bedoeld. De drugs waren in bewaring gegeven en deels voor eigen gebruik voor een van de zoons. De moeder en de broer van de verdachte wisten van niets, maar moesten ook het huis uit.
Weert moet nu ruim vierduizend euro proceskosten betalen. De ‘eigenaar’ van de drugs staat onder toezicht van de reclassering.